De Bernard van Leer is in 1965 te water gelaten en gedoopt door de zuster van de schenker die toen zelf al overleden was. Bernard van Leer leefde van 1883 tot 1958. Hij is volgens zijn biografe een van de kleurrijkste ondernemers en filantropen die Nederland gekend heeft. Naast vatenfabrieken, een walserij en een handelshuis bezat hij ook een demontabel privé-circus en een stal kostbare, door hemzelf gedresseerde paarden.
Een jaar na het uitbreken van de oorlog gaven de Duitsers hem, als jood, toestemming om Nederland te verlaten onder voorwaarde dat hij al zijn bezittingen zou verkopen. Zij aasden al vanaf de bezetting op zijn bedrijven en kochten grote hoeveelheden vaten bij hem. Toen hij in 1945 in Europa terugkeerde beschuldigde men hem van collaberatie en van verkoop van zijn bedrijven uit vrije wil. Deze mening heeft hij succesvol bestreden en tot aan het einde van zijn leven is hij een ondernemende persoon gebleven.
Zijn hele nalatenschap bracht hij onder in diverse stichtingen, waarvan de Bernard van Leer Foundation nog steeds heel bekend is.
Bernard van Leer heeft twee reddingboten geschonken: de Kurt Carlsen, een standreddingboot die in juni 1953 in zijn aanwezigheid te water is gelaten in Noordwijk en later de Bernard van Leer. Deze boot is geschonken aan de KNZHRM uit de nalatenschap van zijn vatenfabriek waarvan het hoofdkantoor destijds te Amstelveen was gevestigd.
uit: "De vatenman": Bernard van Leer (1883-1958) van Pauline Micheels, 2002.